Uren per week of jaaruren?
Binnen de organisaties die met Tim werken komen we twee smaken contract tegen: Uren per week of jaaruren. Bij de uren per week werkt de medewerker 36 uur per week bij een jaarurensystematiek uitgegaan wordt van een aantal te werken uren per jaar, bijvoorbeeld 1872/1831 uur.

Uren per week is voor iedereen bekend en deze medewerkers werken volgens een vast patroon wat elke week (of soms twee- of driewekelijks) gelijk is. Bij het werken met een jaarnorm kan de medewerker zelf zijn uren verdelen, zolang er aan het einde van het jaar maar volgens het aantal te werken uren geroosterd is. Zo is de medewerker flexibel om bepaalde periodes meer te werken en in andere periodes minder.

Geluk-pech bij feestdagen of compensatie
De roostering van de te werken uren is niet alleen afhankelijk van je contracturen, of die nu per week of per jaar zijn, maar ook hoe er binnen de organisatie met feestdag om gegaan wordt. Is er sprake van de “geluk-pech regeling”? Dan wordt je voor de volledige werkdag gecompenseerd voor je normaal gesproken te werken uren op een feestdag. Ben standaard vrij op een dag waar toevallig een feestdag op valt, dan heb je dus pech.

Een andere manier om met feestdagen om te gaan is de feestdagcompensatie. Wanneer er gebruikt gemaakt wordt van feestdagcompensatie wordt je als medewerker gecompenseerd in je te werken uren als een feestdag op een doordeweekse dag valt. Hierbij wordt uitgegaan van het standaard rooster.

Een voorbeeld: Medewerker heeft een voltijdscontract en moet 1831 uur inroosteren, wat gelijk staat aan 36 uur per week. Valt er een feestdag op een doordeweekse dag, dan wordt de medewerker gecompenseerd voor 1 werkdag, dus 0,2 voor de aantal te werken uren in die week; namelijk 1 dag : 5 werkdagen.

In de week waar de feestdag valt hoeft de medewerker dus niet 36:00 uur te roosteren, maar slechts 28:48 uur.

Verschil in werkdagen
Hoe kan het dan zo zijn dat twee medewerkers met hetzelfde aantal contracturen een verschil in de te roosteren uren hebben? We nemen een voorbeeld van twee medewerkers die beiden 36:00 uur werken. Medewerker A is op maandag roostervrij, medewerker B op vrijdag. Beiden roosteren normaal gesproken 4 x 9:00 uur.

In de week van tweede paasdag ontstaat dan het volgende verschil:

Medewerker A roostert die week zoals gewoonlijk 9:00 uur per dag op de dinsdag t/m vrijdag. Omdat tweede paasdag op een maandag is wordt de medewerker gecompenseerd voor 7:12 uur en hoeft dus slechts 28:48 uur te roosteren. Hier heeft medewerker A dus 4 hele werkdagen voor en kan een deel van die week, of op een ander moment in dat jaar, minder roosteren.

Medewerker B roostert die week zoals gewoon ook 9:00 uur, maar heeft hiervoor slechts de dinsdag, woensdag & donderdag voor beschikbaar. Maandag is tweede paasdag en wordt er niet gewerkt en normaal gesproken werkt deze medewerker niet op vrijdag. Omdat medewerker B deze week ook 28:48 uur moet roosteren en bij een normaal werkpatroon dus pas 27:00 uur ingeroosterd heeft, zullen die overige uren op een ander moment nog ingeroosterd moeten worden. Bijvoorbeeld op de vrijdag die week, of op een ander moment in dat jaar.

Het verschil
Bovenstaand voorbeeld lijkt een verschil op te leveren, maar eigenlijk zijn ze juist precies gelijk. Beiden werken namelijk exact evenveel uur in het jaar, ongeacht wat hun niet-geroosterde dag is. Het is dus een hele eerlijke manier om om te gaan met roosters & feestdagen. Wel is het soms lastig uit te leggen aan een medewerker omdat zij voor hun gevoel “extra moeten roosteren” op een hun vrije dag.

Schrikkeljaar
Wanneer een organisatie gebruik maakt van de jaarurensystematiek wordt de te berekenen jaarnorm berekend over een gemiddeld aantal jaren. Over dit gemiddeld genomen jaren, komt het dan altijd goed uit.

Voor de medewerker betekent dit in een schrikkeljaar dat er een extra dag beschikbaar is om de te werken jaaruren in te roosteren. Hoewel dit natuurlijk meegenomen is in de gemiddelde jaarnorm,  heeft de medewerker er in dit jaar dus wel profijt van.